De Sint-Sebastiaansgilde van Herentals is een handboog schuttersgilde. (de oudste gilden schoten met voetbogen).
Tot in de jaren 1950 werd met de rechte boog geschoten.
Dit type is nu verdrongen door de recurveboog ; een compositieboog bestaande uit een laminaat van edelhout en glas– of koolstofvezel, gedrenkt in harssoorten. Dit is ook de boog die in de Olympische discipline gebruikt wordt.
Deze bogen zijn meestal van Amerikaanse of Japanse makelij en zijn echte precisie instrumenten geworden.
Een standaard boog met alles erop en eraan (vizier, klikker, pees, set pijlen, vingerlapje, armbeschermer, stabilisatoren,...) kostte in 2018 ongeveer 500 euro , een uitstekende boog meer dan 1000 euro.
De trekkracht voor mannen varieert van 14 kg tot 20 kg, voor vrouwen van 9 kg tot 16 kg. De trekkracht wordt echter meestal in pond opgegeven
Er wordt geschoten op doel op een afstand van 25 m.
Je vindt hier iets meer uitleg over de onderdelen van deze boog.

Deze werden ingevoerd vanaf begin van de jaren 60.
Zij reduceren de verticale - en torsie bewegingen van de boog bij het lossen van de pijl.
Ook dempen zij de trillingen van de boog en de werparmen en zorgen aldus voor een aangenaam en zuiver schot.

Wordt gemaakt van een aantal (12 tot 20) opgedraaide (tot 60 toeren) kunststofvezels uit bv. polyester (Dacron) of aramide (Kevlar).
De sterkte van de koord moet minstens 4 maal de trekkracht van de boog bedragen.
Het maken van een koord is een specialiteit op zichzelf ; hiervoor wordt een koordbok gebruikt.
De koord is onderhevig aan slijtage, ondermeer door UV licht, en aan kruip. Daarom dient de spanhoogte van de boog tijdens wedstrijden regelmatig gecontroleerd te worden.
Het type koord dat meest courant was op de rechte bogen wordt in het Engels “Flemish string” genoemd.

De klikker zorgt er voor dat men steeds met dezelfde treklengte schiet, dus dat de pijl met dezelfde snelheid vertrekt. De pijl wordt geklemd tussen het venster en de veer van de klikker. Deze wordt zo afgesteld dat de veer tegen het venster klikt op het ogenblik dat de juiste treklengte is bereikt. De auditieve klik geeft aan dat de pijl kan gelost worden.
Niet alle schutters gebruiken een klikker.

Bij een geweer bestaat een vizier uit een korrel en een keep die één lijn vormen.
De boog kent alleen een korrelvizier ; de keep wordt vervangen door een ankerpunt op het lichaam van de schutter. De koord wordt tegen kin en neus gehouden. De kisser (tutter in het Kempisch) wordt tegen de lippen gehouden en bepaalt aldus de hoogte van het ankerpunt.

De pijl ondergaat een zware schok bij het lossen en gaat hevig trillen.
Het drukpunt regelt en dempt de trillingen van de pijl in het horizontale vlak en zorgt aldus voor een rechtere vlucht en een beter resultaat.

Pijlen worden niet langer uit hout gemaakt maar uit aluminium of koolstof of een combinatie van beide. Het gewicht van een pijl varieert in functie van de treklengte en het trekgewicht ; een typische waarde ligt rond de 20 gram.
De snelheid van de pijl bij het verlaten van de boog hangt af van het gewicht van de pijl en het trekgewicht. Snelheden van tegen de 200 km/h zijn typisch.